Wie zet de klok aan, wit of zwart? Is noteren verplicht? Wat doen we als we ontdekken dat de stukken verkeerd staan?

Allemaal spelregelperikelen die hier aan bod komen. 

Mag je tekenen op het notatieformulier?

Tijdens een partij besluit een speler de zinnen wat te verzetten door een poppetje te tekenen op zijn notatieformulier. Mag dat?

Volgens de officiële FIDE-reglementen mag dit niet. Het relevante gedeelte van het reglement is (artikel 8.1, lid 4):

“Het notatieformulier mag alleen gebruikt worden om de zetten, de kloktijden, de remisevorstellen en zaken betreffende een claim en andere relevante gegevens te noteren”

Teksten,poppetjes en andere speelse zaken zijn niet toegestaan. Je mag dus eigenlijk ook geen vraagtekens of uitroeptekens toevoegen om goede of slechte zetten te markeren. Dit kan allemaal gezien worden als het maken van aantekeningen en dat mag natuurlijk niet. Daarnaast kun je met commentaar op je formulier je tegenstander beïnvloeden.

Vroeger werd wel eens de raad gegeven om eerst te noteren, dan nog eens goed te kijken en dan pas te zetten. Helaas: dit is ook niet toegestaan volgens de huidige regels. Je moet eerst een zet doen en dan pas noteren. Je mag de zet van een tegenstander beantwoorden, voordat je beide zetten noteert, maar dan moet je het wel doen. Je kan dus niet de hele partij wachten met noteren en na afloop (uit je hoofd) het notatieformulier bijwerken.

Natuurlijk zijn we bij de interne competitie niet zo strikt op de notatie. Bij ons staat de spelvreugde voorop. Toch kan het geen kwaad om een blik te werpen op de officiële regels en gewoontes die hiermee in strijd zijn af te leren. Het voorkomt vervelende verrassingen als je eens een toernooi speelt waar het wat meer om de knikkers gaat en men wat puristischer is met het naleven van de regels.

Schrijf reactie (0 Reacties)

Onreglementaire zet

Bij het naspelen van een partij komen twee spelers erachter dat een rochade is uitgevoerd terwijl dat eigenlijk niet mocht. Ze willen de partij opnieuw spelen vanaf het moment dat de onreglementaire zet is gespeeld. Kan dat?


Nee, als een partij is beëindigd, kan een niet reglementaire zet niet meer worden aangepast. Een partij wordt beëindigd door mat, pat, doordat één van beide spelers opgeeft, of doordat beide spelers remise overeenkomen (Artikel 5, einde van de partij).

Als de partij nog bezig is, moet bij het constateren van een onregelmatigheid de stelling worden teruggezet naar de stelling op het moment dat de onrechtmatige zet werd gedaan (Artikel 7). Zie je op zet 30 plotseling twee witveldige lopers en is dit ontstaan op zet 20, dan herstel je de stelling en speel je opnieuw verder vanaf zet 20. In principe moeten ook de klokken worden terug gezet, maar hier zijn nuances. De wedstrijdleider kan bijvoorbeeld anders beslissen.

Schrijf reactie (0 Reacties)

Remise en noteren

Twee spelers blijven in een remisestand verder spelen zonder dat één van beide vorderingen maakt. De wedstrijdleider zegt op een zeker moment dat de partij remise is. Mag dit?

De regels van de wereldschaakbond (fide) schrijven voor wanneer de wedstrijdleider mag ingrijpen, maar idealiter gaan we er bij ons op de club vanuit dat de spelers dit zelf regelen. Het zal er niet zo formeel aan toe gaan. Iedereen wil winnen, maar we zijn huisschakers en spelen ook voor ons plezier. Willen winnen mag niet ten koste gaan van sportiviteit. Natuurlijk kunnen ook dan conflicten ontstaan. Een speler denkt dat een stelling potremise is, terwijl zijn tegenstander nog winstkansen ziet.

De wedstrijdleider kan volgens de fide-regels ingrijpen als het spel volgens de regels remise is. Een partij is remise door pat (de speler aan zet kan geen reglementaire zetten meer doen) of als geen van de spelers meer mat kan zetten. Dit is bijvoorbeeld het geval als de sterkste partij alleen nog maar een loper of een paard heeft. Er zijn een aantal regels om te voorkomen dat de spelers oneindig lang blijven doorspelen. Een partij is remise als er 75 zetten lang geen stuk is geslagen of geen pion is gezet. Ten slotte is een partij remise na ten minste vijf opeenvolgende alternerende zetten van beide spelers. Dus als spelers steeds hetzelfde blijven doen kan de wedstrijdleider op een gegeven moment ook ingrijpen.

Een partij is ook remise als drie keer dezelfde stelling op het bord kan komen. De speler die aan zet is en dezelfde stelling op het bord kan brengen kan op dat moment remise bij de wedstrijdleider claimen. Een speler moet dit dus expliciet claimen, maar mag doorspelen. Op dat moment zet de wedstrijdleider de klok stil en controleert of de partij remise is. Het moet precies dezelfde stelling zijn met dezelfde speler aan zet. De en-passant regel en de rochade kunnen voor subtiele verschillen zorgen, waardoor de claim niet terecht is. Een niet terechte claim moet volgens de regels worden bestraft met 2 minuten tijdstraf. Dit zullen we bij partijen voor de interne competitie achterwege laten. Bij een terechte claim is de partij remise.

 

Twee schaakvrienden spelen voor de interne competitie en besluiten dat de partij niet hoeft te worden genoteerd. Is dit toegestaan?

Nee. Een wedstrijd voor de onze interne competitie is een officiële schaakpartij en hierbij is notatie verplicht. Dit is het verschil tussen een vriendschappelijk potje en een partij in de competitie van een schaakclub. Notatie is noodzakelijk om de regels goed te kunnen toepassen, bijvoorbeeld om te zien of een partij remise is of niet. Daarnaast is notatie voor een schaker nuttig, omdat de partij kan worden nagespeeld.

Natuurlijk mag de regel niet ten koste gaan van het spelplezier. In bijzondere gevallen (denk aan lichamelijke beperkingen) zullen uitzonderingen worden gemaakt. Beginnende schakers, die de notatie nog niet kennen, hoeven natuurlijk niet meteen te noteren. We vinden het wel belangrijk dat leden op de club de notatie leren. Meld het dus aan bijvoorbeeld de wedstrijdleider als je problemen hiermee hebt.

Schrijf reactie (0 Reacties)

Praten tijdens een partij

Een schaker voorziet al zijn zetten van uitgebreid mondeling commentaar. Mag Dat?

Nee. Dit valt onder het hinderen van de tegenstander. Volgens artikel 11.5 van het FIDE-reglement is het hinderen van de tegenstander in wat voor vorm dan ook verboden. Hieronder vallen onredelijke claims en remisevoorstellen, maar ook het maken van lawaai en geluiden. Ook het gebruik van toeters tijdens een partij is dus niet toegestaan.

Natuurlijk worden in de interne competitie de regels soepeler gehanteerd, maar ook hier geldt het principe dat gesprekken beperkt blijven tot schaak, mat of een remiseaanbod. Praten over een partij doen we bij de analyse achteraf.

Schrijf reactie (0 Reacties)

Klokken, onreglementaire zetten en felle kleding

Zwart en wit kunnen het niet eens worden aan welke kant van het bord de klok komt te staan. Volgens de zwartspeler mag hij bepalen waar de klok komt te staan. Wat nu?

Bij wedstrijden voor de interne competitie bepaalt de zwartspeler waar de klok staat. Deze regel geldt bij veel schaakclubs. In de officiële fide-regels staat dit niet. In externe wedstrijden en bij officiële toernooien bepaalt de arbiter waar de klok staat. Voor de arbiter is het handig als alle klokken aan dezelfde kant staan, omdat hij dan beter kan waarnemen of de vlag gevallen is. Officieel mag een speler tijdens de partij een klok alleen stilzetten om de hulp van een arbiter in te roepen. In de interne competitie zijn we niet zo streng en kunnen de spelers onderling bepalen om de klok stil te zetten.

 

Zwart staat mat, maar beide spelers zien het niet. De behulpzame toeschouwer attendeert de spelers erop dat zwart mat staat. Mag dit?

Een toeschouwer moet zich nooit met de partij bemoeien zolang er gespeeld wordt. De behulpzame toeschouwer kan het beste de arbiter/wedstrijdleider waarschuwen die, als de spelers nog steeds aan het spelen zijn, constateert dat er een onreglementaire zet wordt gedaan. De zetten die gedaan zijn nadat zwart mat is gezet zijn niet reglementair. In het geval van een niet-reglementaire zet moet de stelling worden teruggezet tot het moment waarop de eerste onreglementaire zet plaats vond. Op dat moment zal geconstateerd worden door de arbiter dat zwart mat staat en de partij voor hem verloren is. De situatie wordt nog ingewikkelder als zwart en wit intussen remise zijn overeengekomen en achteraf wordt geconstateerd dat zwart mat staat. Voor de interne competitie geldt in dat geval de regel dat de partij met het remiseaanbod is geëindigd en de partij remise is. Het terugzetten na de laatste reglementaire stand kan niet plaatsvinden nadat de partij is beëindigd. De officiële regels zijn op dat punt echter niet geheel duidelijk.

 

Een speler draagt een overhemd in opvallend felle psychedelische kleuren. Zijn tegenstander klaagt dat dit hem afleidt. Wat nu?

Bij ons gelden geen kledingvoorschriften. Dit heeft in onze club tot nu toe niet tot problemen geleid. In principe geldt dat alles wat kan vallen onder hinderen van de tegenstander niet is toegestaan. Het is aan de arbiter om te bepalen of de specifieke kleding inderdaad hieronder valt. Bij zeer excentrieke kleding zou de arbiter een waarschuwing kunnen uitdelen en de speler kunnen verzoeken een jas aan te trekken. Een speler moet het in de interne competitie wel erg bont maken wil ik hiertoe overgaan. In principe zal ik proberen om door overleg te proberen een dergelijke situatie in de toekomst te voorkomen.

Schrijf reactie (1 Reacties)
2023  Schaakvereniging Voorburg